Bieden vanaf…. steeds vaker vinden we dit terug in de verkoopteksten op de verschillende woningsites. Vooral in de grote steden lijkt de oude vertrouwde vraagprijs voor een koopwoning uit het straatbeeld te zijn verdwenen. Waarom kiezen verkoopmakelaars steeds vaker voor deze relatief nieuwe biedingsvorm? Hoog tijd om dit ‘bieden vanaf’ eens nader toe te lichten.
Bewust lage vraagprijs
Met een ‘vanaf’prijs stelt een verkoper een bodemprijs vast, die aangeeft vanaf welk bedrag ze bereid zijn te gaan onderhandelen. Waar de verkopend makelaar 10 jaar geleden nog hoog inzette met de vraagprijs, gaan veel makelaars nu bewust laag zitten. Door een lagere prijs te hanteren valt een woning in een breder zoekprofiel op de woningsites zoals Funda en krijgt het meer aandacht. Een woning die getaxeerd wordt op 410.000 euro, biedt een makelaar aan voor 398.000 euro. Zo wordt het huis ook gevonden door mensen die zoeken tot maximaal vier ton.
En dat werkt.
Door de lagere vraagprijs zullen meer potentiële kopers de woning komen bezichtigen en zal er uiteindelijk meer interesse voor de woning zijn. Prima, maar wat als zestig mensen de woning willen bezichtigen en ze allemaal even enthousiast lijken te zijn? Om alle geïnteresseerden een eerlijke kans te geven schakelen veel makelaars bij een overweldigend aanbod van bieders al snel over op een inschrijving . Vaak voorafgaand aan een Open Huis bezichtigingsmogelijkheid.
Verkoop bij inschrijving
Bij verkoop bij inschrijving spreken we over ‘gunnen’. Dit betekent dat je als verkoper bepaalt welk aanbod jij het beste vindt. Wie gun jij de deal? Het beste bod lijkt meestal het hoogste bod. Maar dit is onjuist. Er zijn ook andere factoren, zoals de ontbindende voorwaarden, die bepalen wat voor jou het meest gunstig is. Bedenk dus vooraf aan welke voorwaarden het bod minstens moet voldoen en of je verwachtingen ook reëel zijn.
Wat betekent dit nu voor de verkoper? De Amsterdam School of Real Estate (2017) heeft de gevolgen van een verkoop bij inschrijving onderzocht en kwam met de volgende conclusie. Een verkoop bij inschrijving leidt in bijna alle gevallen tot;
- een significant hogere verkoopprijs; 2,6 % op landelijk niveau. In Amsterdam is dit percentage zelfs 4%.
- een snellere verkoop; gemiddeld genomen anderhalve maand.
Een belangrijke kanttekening bij deze uitkomst is dat bij bovenstaand resultaat er sprake is van een zogenaamde gespannen huizenmarkt waar de vraag naar woningen groter is dan het aanbod.
In landen waar bieden met een ‘vanaf’ prijs al meer vanzelfsprekend is, switchen verkopers naar deze biedingsmethode als de markt overspannen is en kiezen zij voor de traditionele vraagprijsmethode bij een ontspannen of ruime markt. En dat doen ze om een hogere verkoopprijs te realiseren. Waarschijnlijk een methode die hier in Nederland ook zijn intrede gaat doen, want het succes van de ‘vanaf’ prijs kunnen we niet langer negeren.
Dat de koper deze inschrijvingsprocedure juist wil ontlopen is logisch. Maar is je oog gevallen op een populair huis, dan kun je er niet omheen en zal je met een aantrekkelijk openingsbod op de proppen moeten komen. Lees hier wat de mogelijkheden zijn voor de koper in deze gespannen huizenmarkt.
Wat heeft het voor zin een woning voor 398.000 aan te bieden terwijl dezelfde woning in een overspannen woningmarkt 410.000 waard is? Een koper die 4 ton te besteden heeft zal deze woning wel kunnen bezichtigen maar niet kunnen/willen kopen. Heeft dus totaal geen zin om een “vanaf bieden prijs” in te stellen. Mijnsinziens is dit alleen weer een, nog verder, prijsopdrijvend systeem waarbij de huizenkoper weer het slachtoffer van wordt/is.